In dit blog staat de inleiding van de tweede versie van het essay dat ik in het weekend van 6 en 7 februari 2021 heb geschreven, met buiten harde wind, lage temperaturen en enige sneeuwval. Het gaat over bakens. Het hele essay kun je als pdf downloaden vanaf deze site met behulp van deze link.
Waarom?
Dit essay gaat over de fysieke leefomgeving. De opgaven die overheden voor zichzelf hierin hebben geformuleerd, zijn niet gering. Bijvoorbeeld: in relatie tot klimaat en milieu moeten we de uitstoot van broeikasgassen reduceren en vorm geven aan een circulaire economie. Tevens voelen we de noodzaak te adapteren aan zeespiegelstijging, een grilliger verloop van rivierafvoeren, intensievere buien en langdurige droogtes. Daarbij willen we een brug slaan met andere maatschappelijke vraagstukken. Voor het voortbestaan van menselijk leven op aarde is vergroting van de biodiversiteit cruciaal. Dit is, bij elkaar opgeteld, geen varkentje dat je even wast. En dat in een context waar het vertrouwen in overheden niet bijster groot is en sommige politieke partijen stemmen winnen door bij omgevingsvraagstukken de kop in het zand te steken.
Er is kortom sprake van een hoge complexiteit, dus zullen we de opgaven ook moeten benaderen als zijnde complex. Dat klinkt als de logica van een koe. Toch zie ik veel complexiteitsontkenning. Als ik bijvoorbeeld in de Volkskrant van 18 januari 2021 lees dat er in de proeftuinen van de aardgasvrije wijken gedurende twee jaar in geheel Nederland 206 woningen daadwerkelijk van het gas af zijn gehaald, dan verbaast mij dat niet. In dit essay stel ik dat we complexiteit niet moeten reduceren, maar dat we deze hanteerbaar moeten maken. Daarvoor is het strikt noodzakelijk bakens te plaatsen. Echter, de bakens staan er op dit moment niet, waardoor het allemaal erg ingewikkeld wordt. Vele mensen raken de weg kwijt en er gaat onnodig veel fout. Dat is de kern van het betoog in dit essay. Mijn oproep aan overheden is dan ook: plaats bakens! Zorg voor geleiding van praktijkprocessen op de juiste plek en het juiste moment.
Een belangrijk aanhaakpunt voor dit essay betreft de recente roep van Rijksadviseurs en politici om meer regie van de Rijksoverheid in de ruimtelijke ordening in Nederland. “Het wordt een zootje,” hoor je regelmatig zeggen. “Ons landschap verrommelt.” Door de decentralisatie van taken gaat samenhang verloren. Men verlangt naar de heroprichting van het Ministerie van VROM[1] in de verwachting dat die deze regie kan nemen, op integrale wijze. In de Volkskrant van 14 januari staat een mooi interview met Hans Leeflang hierover. Ik ben het eens met de roep om meer centrale regie, maar volgens mij redden wij het daarmee niet. Dit is slechts één kant van het probleem; er is meer nodig. Tegelijkertijd moet er nadrukkelijker een focus komen op de praktijk, met meer waardering voor de vakmensen die daarin acteren, met beide voeten op de grond. Daarom (her)introduceer ik in dit essay een onderscheid tussen een geïntegreerde en een integrale werkwijze. Bakens zorgen ervoor dat beide werkwijzen elkaar versterken in plaats van tegenwerken.
Ik heb nog een fundamentelere beweegreden voor het schrijven van dit essay. In 1988 presenteerde de archeoloog Joseph Tainter[2] een historische analyse van de ineenstorting van complexe samenlevingen. Je leest er nog steeds zo nu en dan over in kranten. Complete culturen zijn in het verleden in korte tijd van de kaart geveegd. Bij de ene was langdurige droogte een belangrijke oorzaak, bij de andere een ernstige epidemie. Vaak waren deze fenomenen de nekslag en zat er een diepere oorzaak onder, zo ontdekte Tainter. Hij zag dat in elke samenleving die hij beschrijft de complexiteit toenam. De machthebbers (bestuurders) probeerden zo goed als mogelijk deze ontwikkeling bij te benen, maar op een gegeven moment lukte dat niet meer. Ze verkrampten. De maatregelen die ze namen werkten eerder averechts dan dat ze recht deden aan de complexiteit. Spanningen ontstonden die zich opeens – pats – konden ontladen en tot ondergang leidden. Niet zelden was decadentie een goede voorspeller van de ineenstorting.
Ik hoop dat we nu wel de kennis en ervaring hebben om de complexiteit van de huidige samenleving te kunnen herkennen, erkennen en hanteren. Het introduceren van bakens is daarbij onontbeerlijk. Bakens helpen ons te navigeren door het complexe landschap van de moderne maatschappij.
[1] Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieu.
[2] Tainter, J.A. (1988) The Collapse of Complex Societies. Cambridge University Press.