Geldofcs

De aarde heeft koorts

Complexiteit

Ik ben nu ruim 25 jaar actief met de complexiteitswetenschap. Wat mij in die tijd vooral is opgevallen: mensen hebben de neiging complexe vraagstukken te reduceren tot lineaire relaties. Eén oorzaak, één gevolg. Als er iets fout gaat, is dat de schuld van de ander… of nog erger: van de moslims. Als een bedrijf winst maakt, is dat dankzij de doortastendheid van de directie. Huppakee, een vette bonus. Gaat het wat slechter, dan hebben de mensen op de werkvloer onvoldoende gepresteerd. Als de economie in het slob raakt, gaan we de rente verlagen. Eén knop om aan te draaien. In kroegen hoor je het: als de overheid nu ‘gewoon’ dit doet of ‘gewoon’ dat, dan zijn alle problemen opgelost. Doe nog maar een biertje. En de populisten echoën dat na, op jacht naar zetels.

Zo zijn we nu voor het milieu en duurzaamheid terecht gekomen in een te simplistische wijze van redeneren: we stoten als mensheid CO2 uit en daardoor stijgt de temperatuur op aarde, met klimaatverandering tot gevolg. En we schetsen een lineaire weg terug: als we minder CO2 uitstoten, warmt de aarde minder op en zijn we als mensheid gered. We vertellen dit aan onze kinderen. Dat er een duidelijke relatie is tussen CO2 en temperatuur, staat vast. Echter, te weinig mensen stellen zich de volgende vraag: is de stijging van de temperatuur een gevolg van de toename van CO2, of is het andersom? Ik weet het niet. Je kunt er heel lang over twisten, maar wat ik essentiëler vind: we moeten de tunnelvisie van CO2 en temperatuur verlaten om de complexiteit van de aarde als geheel proberen te begrijpen. Er is namelijk meer aan de hand dan de uitstoot van CO2 alleen. Er is structureel iets mis met de wijze waarop wij met onze aarde omgaan, en met elkaar. We zullen alle processen in samenhang nooit volledig kunnen doorgronden, maar als we ons best doen, komen we een heel eind.

Onze aarde

Eén van de eerste boeken die ik las over de complexiteit van onze aarde is van James Lovelock (1979): Gaia, A New Look at Life at Earth. De aarde is een complex systeem, zo stelt hij, met een hoge mate van zelforganisatie. Door de hoge diversiteit aan processen, die alle op elkaar inhaken, is het percentage aan zuurstof in onze atmosfeer 21%. Als een streep in de tijd. Onvoorstelbaar boeiend. En het zoutgehalte in onze oceanen is al miljoenen jaren 3,5%, ook al voeren onze rivieren constant zouten aan en verdampt er alleen zoet water. Hoe kan dat? De aarde is een levend systeem met een hoge biodiversiteit. Zij schept condities voor mensen om te leven. We kunnen ademen… en als we zelf gezond zijn is onze lichaamstemperatuur 37 graden Celsius, ook al variëren de temperaturen buiten. Hoe hoger de biodiversiteit, hoe rijker het repertoire aan reacties op verstoringen.

Vaak onderschatten we de waarde van bodemleven (bron: VU Amsterdam)

Een boek dat ook indruk op mij heeft gemaakt, is geschreven door Peter Westbroek (1991): De dynamiek van de aarde. Wat hij op boeiende wijze beschrijft is de hoofdrol op aarde die is weggelegd voor: algen, bacteriën en slijm. Het boek opende mijn ogen in een tijd waarin Glorix werd aangeprijsd vanwege zijn vernietigende werking op bacteriën. Later heb ik geleerd dat leven voor een belangrijk deel afhankelijk is van microbiomen: grote hoeveelheden verschillende soorten samenwerkende bacteriën, protozoa, schimmels en andere micro-organismen. Zonder het microbioom in mijn darmen, ben ik dood. Het leven is een boeiend complex geheel.

Respect

Ik heb een Christelijke opvoeding genoten. Mij is op school en ook thuis geleerd dat we met respect moeten omgaan met de natuur en onze leefomgeving. Men verbond dat met het begrip rentmeesterschap en een diep gevoel van verantwoordelijkheid. Mijn vader leerde ons de namen van planten en vogels. In het voorjaar keken we urenlang naar het spel van de veldleeuweriken. De mannetjes vlogen al zingend tot grote hoogten om zich vervolgens als een baksteen naar beneden te laten vallen. Net op tijd spreidden ze hun vleugels om dicht bij een vrouwtje te landen. Het deed pijn als we op de Boschplaat een broedende eidereend dood op haar nest zagen liggen, als gevolg van DDT in haar vetlaag.

Koorts

Als ik zie hoe respectloos we omgaan met onze leefomgeving, van zwerfvuil tot aan de uitputting van fossiele brandstoffen, kom ik tot de conclusie dat we onze aarde ziek gemaakt hebben. Het flinterdunne filmpje van bodem, water en lucht met al haar leven hebben we zover aangetast, dat de aarde koortsverschijnselen is gaan vertonen, net zoals mijn eigen lichaam dat doet als deze getroffen is door griep. Door deze opwarming komen er broeikasgassen vrij en tot overmaat van ramp stoten we nog een flinke hoeveelheid extra broeikasgassen uit, waardoor we de subtiele stabiliteit nog verder uit het lood brengen. Volgens mij is CO2-uitstoot dan ook niet dé oorzaak van klimaatverandering, maar één van de vele. Persoonlijk maak ik mij het meest zorgen om het bodemleven. We putten bodems teveel uit en met bestrijdingsmiddelen vernietigen we het bodemleven.

Politieke spierballentaal

Door de complexiteit van systeem aarde te reduceren tot een lineaire relatie tussen CO2, temperatuur en klimaatverandering, zijn we terecht gekomen in een politiek klimaat waarin de één roept dat we voor 2050 klimaatneutraal moeten zijn, overstemd door een ander die claimt dit doel te gaan halen in 2040. Sommigen zelfs in 2030. Dat is spreken met spierballen. De doelen gaan we halen met nieuwe technologie, zo wordt gezegd. We kappen bomen om groene energie in kolencentrales op te wekken, verhandelen emissierechten en verklaren IJsselmeer en Noordzee vogelvrij vanwege de aanleg van gigantische windparken. Als ik wil, kan ik klimaatneutraal naar Australië vliegen. Wow! Waarheid en milieu wijken voor klimaatdoelen.

In Fryslân wordt een enorm windpark in het IJsselmeer gebouwd, vlak op de Afsluitdijk, met 89 gigantische molens waarvan de tiphoogten 174 meter bedragen, anderhalf keer zo hoog als de Domtoren in Utrecht. Daarmee bieden we een ondernemer de mogelijkheid om flinke winsten te boeken, voornamelijk overheidssubsidie, opgebracht door de Nederlandse inwoners. Voor deze ondernemer is het produceren van duurzame energie geen ideële doelstelling, maar een interessant investeringsplaatje. Tegelijkertijd worden kleinschalige projecten rond dorpsmolens, van inwoners zelf, volop tegengewerkt door de provinciale overheid, terwijl juist die projecten wel recht doen aan de complexiteit van omgevingsvraagstukken.

Economisch simplisme

De CO2-sommetjes die gemaakt worden ter onderbouwing van de klimaatdoelen zijn zo ingewikkeld, dat het niet echt moeilijk is er zwakke plekken in te vinden. Partijen als het Forum van Democratie en de PVV maken daar misbruik van. Ze steken er op Trumpiaanse wijze de draak mee. Sommigen stellen zelfs dat klimaatverandering een hoax is en we vanwege de economische belangen de gasvelden in Groningen gewoonweg leeg kunnen pompen. Ze hebben echter niet het lef te erkennen dat het niet kloppen van de sommetjes ook aan kan geven dat er veel meer aan de hand is dan de uitstoot van CO2 alleen, en er dus meer moet gebeuren.

Persoonlijk krijg ik huiduitslag van neoliberale politici die stellen dat we wel wat moeten doen aan klimaatadaptatie en de energietransitie, “maar dat het wel betaalbaar moet blijven”. Zij redeneren langs geldstromen, waaraan ze menselijke en natuurlijke waarden onderwerpen. Alsof het hebben van een toekomst afgewogen moeten worden in een kosten-batenanalyse. Juist een verspillingseconomie wordt op termijn onbetaalbaar.

Eigenlijk is deze al onbetaalbaar geworden, als ik zie hoe onze westerse prestatiemaatschappij op volle toeren moet draaien om het voor mensen mogelijk te maken drie keer per jaar op vliegvakantie te gaan. Mensen die ik spreek uit de Verenigde Staten werken gemiddeld meer dan tien uren per dag, zes dagen in de week. Te veel mensen zitten thuis met een burn-out, niet zelden jonger dan dertig jaar. Is dat de prijs die we moeten betalen voor betaalbaarheid?

Wat wel?

Tuurlijk moeten we de energietransitie doorzetten, want we zullen moeten stoppen met het uitputten van fossiele grondstoffen. En tuurlijk moeten we adapteren aan klimaatverandering, want dat het klimaat verandert, kan niet meer worden ontkend. Echter, een verandering in aanpak is nodig. Het is meer dan ooit gewenst de energietransitie en de klimaatverandering te verbinden met sociale en ecologische principes. Ik zie weinig heil in ‘grote stappen snel thuis’ technologie zonder onze grondhouding ten opzichte van de aarde te veranderen. Volgens mij moeten we inzetten op duizenden kleinschalige maatregelen, van microbiome tot aan menselijke maat, waarbij sprake is van een gezonde balans tussen technologie en natuurlijke processen.

Ik ben nu lang genoeg werkzaam in de wereld van het waterbeheer om te weten dat we klimaatadaptatie alleen kunnen realiseren als we acteren in de haarvaten van onze watersystemen, in tuinen en sloten, aan de bron. We redden het niet met dijken, pompen en grootschalige berging. De grootste effectiviteit is daar waar de regendruppel valt en de consequenties van droogte het hardst worden gevoeld. Gezonde levende bodems, met veel wormen erin, kunnen het zoete regenwater op gezonde wijze afvoeren en bergen. Kruidenrijke vegetatie voorkomt erosie op hellingen.

De energietransitie raakt alle bewoners en bedrijven. Juist op de schaal van het kleine, lokale en concrete verlaten we de abstractie en zijn we in staat energie te verbinden met sociale processen, biodiversiteit en kwaliteit van leven. In mijn perceptie moet iedereen van de verandering kunnen profiteren en niet alleen de ondernemers met veel geld op zak die hun kapitaal op simpele wijze kunnen vergroten.

Twee gidsprincipes

Ik zie dat we met z’n allen ons best doen vorm te geven aan een duurzame samenleving, maar dat doen via een redeneerlijn die getuigt van extreme complexiteitsreductie. Als we recht willen doen aan de complexiteit van systeem aarde, vraagt dit, zoals gezegd, om een aanzienlijke aanpassing van ons handelen. In de afronding van deze blog benoem ik daarvoor twee gidsprincipes. Deze gidsprincipes geven richtingen aan op hoofdlijnen. Ik daag iedereen uit het hiermee oneens te zijn.

Gidsprincipe 1: iedere maatregel ter vergroting van de duurzaamheid moet bijdragen aan het verkleinen van de kloof tussen arm en rijk

Armoede vraagt onze speciale aandacht. Daar waar mensen onderdrukt worden, verbannen tot de marges van de samenleving, zijn de gezinnen het grootst. In sommige Indiase slums baren vrouwen gemiddeld 12 à 13 kinderen, zo vertelde mij een prof die actief is in Bombay met de aanleg van sanitatie en drinkwatervoorziening. Het hebben van veel kinderen is voor hen een soort levensverzekering. Mensen die in armoede verkeren, dromen over onze verspillingseconomie: een groot huis, een dikke auto en grote sommen geld waarmee je heel veel dingen kunt kopen. Wat je niet hebt, lacht je toe.

Parallel daaraan neemt het aantal miljardairs op aarde toe, jaar op jaar, met oplopende kopzorgen. De kloof tussen arm en rijk wordt groter – ook in Nederland – en de wereldpopulatie groeit gestaag. Een Chinees gezegde stelt: “arm zijn is minder hebben dan je nodig hebt, rijk zijn is hebben wat je nodig hebt en heb je meer dan je nodig hebt, dan is dat pure verkwisting.” Uiteraard mogen er verschillen zijn, immers: mensen die zich meer inspannen dan een ander, mogen daarvoor worden beloond. Maar de kloof is nu onbarmhartig groot. Als energietransitie en klimaatadaptatie tevens bijdragen aan het verkleinen van die kloof, bieden we een basis voor afnemende koorts. Laatst las ik het volgende citaat: “Als je het beter hebt dan anderen, bouw je een langere tafel, geen hoger hek.” Zorg ervoor dat bij de maatregelen die we nemen ook mensen met een smalle portemonnee kunnen aanschuiven.

Gidsprincipe 2: de kwaliteit van systeem aarde meten we af aan de toename van de biodiversiteit en de waardering van (alle) mensen

Vaak willen overheden beleid ontwikkelen dat afrekenbaar is, meetbaar. Wat is dan een goede maat die recht doet aan de complexiteit van systeem aarde? Volgens mij is dat vrij simpel. Biodiversiteit is relatief eenvoudig te meten en geeft perfect aan hoe gezond een systeem is. Het gaat om de aantallen verschillende soorten planten en dieren in het systeem van aarde, water en lucht. Verstoringen van bijvoorbeeld het microbioom resulteren op directe wijze in een afname van de biodiversiteit. Op dit moment is het slecht gesteld in Nederland. Ik heb gelezen dat de biodiversiteit in steden een factor 5 à 7 hoger is dan op het platteland. Er is nog een lange weg te gaan.

En hoe weten we of een sociaaleconomisch systeem gezond is? Je kunt het afmeten aan bijvoorbeeld gemiddelde inkomen of bestedingsruimte, maar dan kom je wederom terecht bij een onacceptabele complexiteitsreductie. Volgens mij gaat het om waarden en waardering. In welke mate waarderen mensen zichzelf en anderen? Waarden overstijgen het financiële. Het gaat niet alleen om het hebben van een goede baan met inkomen, maar ook om het zinvol bezig zijn – geen bullshitbaan hebben dus – de samenwerking met collega’s, het leven in een fijne woonomgeving, het hanteren van humor, het geven en doorleven van liefde, het invulling geven aan kunst, cultuur en sport en nog veel meer. Waardering is bij uitstek een complex begrip. De relaties met het leefmilieu zijn evident. Het inademen van schone lucht, het eten van gezonde voeding en het genieten van zingende veldleeuweriken… het hoort er allemaal bij.

Afrondend

Ik had gedacht een korte blog te gaan schrijven, maar als ik omhoog scroll is het toch een vrij lange tekst geworden. Deze gaat dan ook niet over een klein onderwerp. Milieu en leefomgeving liggen mij na aan het hart. Nu ik naast mijn werk als adviseur ook actief ben in de politiek, ervaar ik een groter verantwoordelijkheidsgevoel. Aan de ene kant zie ik dat het op vele fronten fout gaat en wend mijn hoofd af als ik op TV gletsjers zie afbrokkelen en ijsberen zie wegdrijven op laatste ijsschotsen. Velen denken van: na mij komt de zondvloed. Aan de andere kant, ik ontmoet vele mensen die weten dat het anders kan en dat ook doen. Ze verbinden hoofd, hart en handen. Zij laten zien dat er door de schrikbeelden heen nog steeds ruimte is voor enig optimisme. Aan hen trek ik mij op.

Mobiele versie afsluiten